Na de Tweede Kamer heeft ook de Eerste Kamer ingestemd met de Wet toekomst pensioenen. Vanaf 1 juli 2023 gaat deze wet in. Op deze datum zal de overgangsfase ingaan. Werkgevers en werknemers zullen afspraken met elkaar maken over het aanpassen van de pensioenregeling. Daarna zullen ook de pensioenuitvoerders deze afspraken uitvoeren.
De wet kent 3 doelen: een aanvullend pensioen dat sneller stijgt, een persoonlijkere en duidelijkere pensioenopbouw, en een pensioenstelsel dat beter aansluit bij dat mensen niet meer 40 jaar bij 1 baas werken. De kern van de wijzigingen in de verzekerde pensioenen is dat iedere pensioenregeling uiteindelijk over moet naar een leeftijdsafhankelijke premie
Werkgevers en werknemers leggen premie in, pensioenuitvoerders beleggen dat geld en keren de pensioenuitkeringen uit. Dit verandert dus niet ten opzichte van de oude situatie.
De afgelopen jaren gingen de meeste pensioenen niet of nauwelijks omhoog. In het nieuwe pensioenstelsel kunnen pensioenuitvoerders de opbrengst van hun beleggingen sneller gebruiken om de pensioenen te verhogen. Omgekeerd werkt het ook: als het niet goed gaat, kunnen de pensioenen ook omlaag. De nieuwe pensioenwet regelt wel dat er buffers zijn om dat zo veel mogelijk op te vangen. Het pensioen van een deelnemer is voortaan alle premie die namens die deelnemer is betaald, plus het rendement dat dit geld heeft opgeleverd.
Vanaf 1 januari 2024 zal de opnameleeftijd voor deelname aan een pensioenregeling verlaagd worden van 21 naar 18 jaar. Vanaf dat moment moet u medewerkers met een leeftijd tussen 18 en 21 jaar direct aanmelden bij de pensioenuitvoerder.
Ondanks dat er sprake is van een overgangsfase tot 1 januari 2028 is het verstandig om na te denken of u bij de contractverlenging al aanpassingen wilt doen. Neem hiervoor bijvoorbeeld de contractvervaldatum, dit is een goed moment om aanpassingen te doen. Het is verstandig om al op korte termijn meer inzicht te krijgen in de mogelijkheden en de financiële consequenties van de overgang naar het nieuwe stelsel.